Blogger aan het woord

Thee

Ik ben opgegroeid in Gieten, Drenthe. Mijn ouders waren verstokte rokers. Vooral mijn vader. Ze rookten zelfs in onze deux-chevaux, met mij en onze grote herdershond Radjah op de achterbank. Ik zal een jaar of acht, negen zijn geweest toen ze daarmee stopten. Ik zeg altijd dat ik nooit gerookt heb, maar een meeroker was ik als kind zeker. Mijn vader moest elke avond voor het slapen gaan controleren of er nog sigaretten in huis waren voor de volgende ochtend. North State zonder filter. En als dat niet het geval was, ging hij er ongeacht het tijdstip of het weer nog op uit. Naar de sigarettenautomaat bij automobielbedrijf Vlieghuis. Bestaat al lang niet meer, dat bedrijf. En sigarettenautomaten zie ik ook nergens meer aan de gevels. Ik hoor u nu denken: ‘het is Dry January, niet Stoptober, dus waarom dat geneuzel over rokende ouders?’

Nou, omdat ik toch aan dat dwangmatige gedrag van mijn vader moet denken nu ik me weer bevind in de jaarlijkse alcoholvrije maand. Ik ben deze maand namelijk een verstokte theedrinker. Het gaat nog net niet zo ver dat ik dagelijks de theevoorraad controleer of bij de constatering dat er geen zakje meer in huis is begin te trillen en te zweten. Maar thee is wel een eerste levensbehoefte in januari. En ja: als dat op dreigt te raken, ga ik naar de winkel voor een nieuwe voorraad. Niet ’s avonds laat, niet door de regen, maar op mijn boodschappenlijstje staat er dan wel een uitroepteken of drie achter het woord ‘thee’.

Overigens: ik drink wel echt thee. English Breakfast. Zwart. Geen smaakjes, geen kruiden, gember of munt. Gewoon thee. Met een beetje suiker. Geen melk. Zo Brits ben ik nou ook weer niet.

Het is toch gek. In januari drink ik met plezier een lekkere warme kop thee als ik thuiskom uit mijn werk. Kleine slokjes, als het eigenlijk nog een beetje aan de hete kant is. Handen om de grote mok geklemd. Het voelt bijna troostrijk en in elk geval heerlijk warm en huiselijk. Maar als de alcoholpauze er weer op zit, ruil ik dat gevoel vrij gemakkelijk weer in voor de ontspanning die een goed glas me biedt. Dan is er wel eens geen thee in huis en staan er in elk geval geen uitroeptekens meer op mijn briefje. Dan loop ik in de winkel soms wel aan de thee voorbij, maar niet altijd aan het lonkende, mooie speciaalbier.

En dan kan ik wel denken ‘altijd maar thee wordt ook saai’ en dat is ergens ook wel waar. Maar van bier denk ik dat nooit.

Mijn moeder leeft al een poos niet meer. Mijn vader wel. Nog in mijn jeugd zijn beiden gestopt met roken. Zo van de ene op de andere dag. Mijn vader vertelde me dat er wel eens een terugval is geweest, maar inmiddels is hij de grootste anti-roker die ik ken. En daar gaat de vergelijking dan definitief mank. Want wat er ook gebeurt, of ik er nu wel of niet in slaag duurzaam te minderen: de grootste anti-drinker zal ik nooit worden

Gerelateerd

Blog Jan

Blogger aan het woord

Glanzend In mijn zoektocht naar alles wat los en vast zit over alcohol trof ik ook een onthutsend staatje over de maatschappelijke schade als gevolg van alcohol gerelateerd geweld, verkeersdoden…
Lees meer
Blog Jan

Blogger aan het woord

Nulpuntnul punten Een collega van me is biersommelier. Hij heeft allerlei cursussen en trainingen – proeven is leren – gevolgd en is nu een heuse kenner. In mij heeft hij…
Lees meer
Blog Jan

Blogger aan het woord

In januari lees ik veel over de effecten van alcohol. Dat is ook niet zo moeilijk: artikelen daarover verschijnen tijdens de droge maand bij de vleet. Veelal worden daarin de…
Lees meer
Wijzig instellingen voor chat