Een van de bijkomende gevolgen van een tijd niet drinken, is dat de aanwezigheid van alcohol me steeds meer opvalt. Op feestjes en etentjes werd automatisch de vraag ‘rood of wit?’ gesteld. Maar zelfs nu de sociale activiteiten tot een minimum beperkt zijn, liggen de verleidingen nog overal op de loer.
Op tv bijvoorbeeld. Als er in programma’s iets gevierd kan worden, is er champagne, en tijdens praatprogramma’s staat de drank vaak de hele avond op tafel. In films en series wordt er ook regelmatig alcohol geschonken. Een soort onbedoelde reclame. Hoewel reclames voor alcohol overdag niet mogen, zie ik ze ’s avonds regelmatig voorbij komen. Die reclames benadrukken het gewenste imago: jonge, gezonde mensen die stoer zijn en genieten van het leven. Door te passen merk ik dat juist het tegenovergestelde waar is!
In de supermarkt beperkt de alcohol zich niet tot de eigen afdeling. Bij elke lekkernij lijkt een fles wijn te horen. Om de paar meter een andere soort: bij de kaasjes, bij de vis, bij de nootjes... Alcohol past overal bij, als je zou willen. Dan de aanbiedingen: elke week wel een 2-halen-1-betalen. Ik heb vrijwel nooit wijn in huis. Als ik dan een keer een flesje wilde, en de tweede was gratis, nam ik die natuurlijk ook mee. ‘Handig, alvast voor volgende week.’ Die tweede fles haalde de volgende week bijna nooit, maar maakte ik de volgende dag al soldaat. Ik deed het zelf. Maar ja, die verleidingen... Ik was blij verrast eerder deze week in een nieuwsbrief te lezen dat aanbiedingen beperkt gaan worden tot 25%.
In Zweden, waar ik tien jaar gewoond heb, is alcohol op een heel andere manier aanwezig. Niet minder; anders. Alcohol boven de 3,5% mag in de supermarkten niet verkocht worden. En de lichte biertjes die er wel zijn, staan netjes op hun eigen afdeling. Hogere concentraties alcohol mogen alleen in speciale, door de staat gereguleerde, winkels verkocht worden. Aanbiedingen voor alcohol zijn ook in die winkels verboden. ‘We proberen je nooit te verleiden meer te kopen dan je van plan was,’ staat er bij de ingang. Die winkels zijn dan ook heel saai: alles netjes gesorteerd, niks speciaal onder de aandacht gebracht. Ik besefte het destijds niet zo, maar nu ik erop terugkijk, lijkt het me wel prettig dat supermarkten vooral over voeding gaan.
Ik betwijfel overigens of het alcoholbeleid in Zweden een beter effect heeft op de gezondheid. Bier van 1 of 2 procent werd door mijn collega’s niet als echt bier gezien en regelmatig gewoon tijdens werktijd genuttigd. Verder werd je, als je doordeweeks een wijntje dronk bij het eten, beschouwd als alcoholist, terwijl je je in het weekend lam kon zuipen zonder dat iemand ervan op keek. Ik keek er destijds naar, nuchter en met verwondering. Met dezelfde verwondering kijk ik nu overigens naar het feit dat de Gall&Gall open is en de sportschool dicht – ook niet bepaald goed voor de gezondheid.
Vorig jaar vond ik het ontzettend moeilijk om te passen. Het gaat me nu gelukkig makkelijker af, al is het soms nog lastig. Ik ben me meer bewust van de verleidingen om me heen. Ik kan steeds rationeler denken over de keuze wel of niet te drinken. Dan denk ik: ‘Ik wil vandaag niet drinken, omdat ik een interessant boek wil lezen of morgen vroeg op wil staan.’ Het onderbewuste verlangen naar een wijntje bij elke verleiding die ik tegenkom, wordt langzaamaan zwakker. En dat voelt heerlijk!
279.357
deelnemers gingen je voor