Home > actueel > alcohol-en-het-maagdarmstelsel

Alcohol en het maagdarmstelsel

Alcohol en het maagdarmstelsel
Je neemt een slok. Via je mond en slokdarm komt de alcohol in je maag, in de dunne en dikke darm en de alvleesklier terecht. Bij overmatig drinken kunnen er allerlei aandoeningen ontstaan in het maagdarmstelsel. Denk aan een verhoogde kans op brandend maagzuur, ontstekingen en kanker in het maagdarmkanaal. Je darmflora optimaal houden is belangrijk voor je algehele gezondheid. Alcohol veroorzaakt een disbalans tussen de goede en slechte bacteriën in de darmen (darmflora). Ook wordt door alcohol de doorlaatbaarheid van de dunne en de dikke darm vergroot, waardoor deze kunnen gaan ‘lekken’. Slechte bacteriën en giftige stoffen die zich in de darmen bevinden, kunnen daardoor het maagdarmstelsel verlaten en in de bloedbaan terecht komen. Dit vergroot de kans op bacteriële infecties en ontstekingen aan organen in het lichaam. Het immuunsysteem en de lever worden hierdoor zwaar belast. Ook kan het lekken van de darm zorgen voor dunnere ontlasting. Brandend maagzuur Last hebben van brandend maagzuur kan heel vervelend zijn. Uit onderzoek blijkt dat alcoholconsumptie geassocieerd is met een hoger risico op brandend maagzuur bij personen die regelmatig alcohol drinken in vergelijking met personen die niet of slechts af en toe drinken. Dit komt doordat de sluitspier van de maag verslapt. Ook door de verhoogde maagzuursecretie (uitscheiding van maagzuur) kan het slijmvlies van de maag geïrriteerd raken en gaan ontsteken (gastritis). Als dit het gevolg is van regelmatig, overmatig alcoholgebruik spreekt men van een alcoholische gastritis. Bekende symptomen hiervan zijn oprispingen, brandend maagzuur en ochtendbraken. Ontsteking van de alvleesklier Alcohol is, naast galstenen, één van de meest voorkomende oorzaken van acute alvleesklierontsteking (pancreatitis) en de meest voorkomende oorzaak van chronische pancreatitis. Acute pancreatitis is gevaarlijk en moet zo snel mogelijk worden behandeld, want dit kan leiden tot orgaanfalen met de dood als gevolg. Bij een aanhoudende pancreatitis gaan voedingsstoffen zoals vetten en eiwitten verloren vanwege een verminderde afscheiding van alvleeskliersappen. Doordat vetten niet goed opgenomen kunnen worden, zullen ook ‘vet-oplosbare’ vitamine (A, D, E en K) minder goed opgenomen worden en kan hier een tekort van ontstaan. Dit alles heeft gewichtsverlies, buikpijn en vettige diarree tot gevolg. Op de lange termijn leidt chronische ontsteking van de alvleesklier tot verstoring van de bloedsuikerspiegel (diabetes) en geeft het een verhoogd risico op het ontstaan van alvleesklierkanker.

279.357

deelnemers gingen je voor